zaterdag 24 november 2012

Walsers instemming

De grote Goethe wilde bij zijn verlangen naar liefde heerser blijven over zichzelf. Daarom misschien moest hij - als schrijver althans - het fenomeen liefde voor literatuur redden via de lezers. 'Wer mich nicht liebt, darf mich auch nicht beurteilen.' De beoordeling kan evengoed de vorm aannemen van Kritik als van Lob, prijzing. In die zin vraagt misschien ook de roman Tod eines Kritikers van Martin Walser niet om een prijzing maar om iets anders. Misschien is de term instemming (Zustimmung) passender, zoals Walser via zijn personage Silberfuchs suggereert.

Het boek van Walser is dan misschien ook niet wat het lijkt, een afrekening in romanvorm met zijn plaaggeest Marcel Reich-Ranicki. En, bijgevolg, is ook de overheersende reactie van Duitsland op het boek misschien niet wat het leek, een verontwaardigde afkeuring. Dat zou je al kunnen opmaken uit het motto van de roman: 'Quod est superius est sicut inferius.'

Maar je kunt ook kijken naar de verborgen betekenis van de mystiek in de roman. De verteller is kenner van mystiek, en komt daarin overeen met de beroemde Gershom Scholem (wiens boek ter recensie wordt voorgelegd aan een professor die, naar verluidt, Habermas verbeeldt). Later blijkt de verteller in te stemmen met Nietzsches machtsfilosofie. De lezer is, op dat punt aanbeland, misschien weer vergeten dat de verteller deze visie laat voortkomen uit de mystiek van Böhme en Seuse.

Zoals de titel al suggereert, speelt Walser zijn verborgen gevechten uit via de genrekenmerken van de thriller. De criticus Reich-Ranicki (in de roman heet hij Ehrl-König) wordt gedood door de schrijver Hans Lach die hij in zijn tv-show had afgemaakt. De schrijver bekent later en belandt in een psychiatrische inrichting. De verteller wil hem redden, en wil hem voorzien van een alibi. Dat mislukt, maar blijkt uiteindelijk ook niet nodig. Ehrl-König is springlevend. Hij had zijn moord in scène gezet om te verhullen dat hij zich die avond met een lekker ding had vermaakt.

De redding lijkt dus niet te bestaan in het vrijpleiten, maar in de kwestie hoe je via het schrijven de macht over jezelf kan winnen, dit - naar het schijnt - in tegenstelling tot de zelfenscenering van tv-shows als die van Reich-Ranicki. De verteller recenseert zelf een roman van Lach en schrijft later ingesproken cassettebandjes in van Lach als die in de inrichting zit.

Maar gaat het wel om een prijzing van het schrijven? Is de roman van Walser niet eerder zelf een enscenering? Dat zou je alleen al kunnen afleiden uit de verontwaardigde reacties van Duitsland op het boek, die niet alleen in werkelijkheid losbrandden, maar waarop Walser in zijn boek breeduit anticipeerde. Het lijkt er dus sterk op dat Walser zich door zijn vijand Reich-Ranicki heeft laten inspireren. Maar ook als, of misschien wel vooral omdat, iedereen deze verborgen inzet ontgaat, zou je Walsers roman als mystieke metamorfose van Ranicki's show kunnen lezen, als Zustimmung.

Ook de naam Ehrl-König zou daarop kunnen wijzen. Het staat je volkomen vrij om met sommige critici Reich-Ranicki te zien als de vader die de schrijvers in zijn armen laat sterven. Maar lees Tournier (Le roi des aulnes) opnieuw en je ziet een vader die zijn kind draagt. Wie is de vader, wie het kind? Na de dood van God is die vraag niet eenvoudig te beantwoorden. Het schrijven kan die plaats alleen maar invullen wanneer de verheven liefde zich voordoet als enscenering, inferieure komedie, schijngevecht in de media.








Geen opmerkingen:

Een reactie posten